Kunstblog / kunst in woord

Machinespektakel. Jean Tinguely

Het Stedelijk Museum Amsterdam is een museum voor moderne en hedendaagse kunst en vormgeving, opgericht in 1874. Het oorspronkelijke, bakstenen, neo-renaissancegebouw is ontworpen door stadsarchitect van Amsterdam Adriaan Willem Weissman. Bijnamen: het ‘Suasso-museum’, ‘Sandbergvleugel’ en ‘Badkuip’.

In de collectie zijn vrijwel alle belangrijke stromingen van de 20e en 21e  eeuw vertegenwoordigd. Dit geldt zowel voor kunst als vormgeving. Zwaartepunten vormen De Stijl, het Bauhaus, CoBrA, popart, maar ook het oudere neo-impressionisme.

Willem Sandberg (1897– 1984) vormgever, ontwerper en typograaf was van 1945 tot 1963 directeur van het Stedelijk Museum Amsterdam (hier werkzaam vanaf 1938).

Onder zijn leiding ontwikkelde het Stedelijk zich tot een internationaal vermaard centrum voor moderne kunst. Hij voerde - net als het Museum of Modern Art in New York - een verzamel- en tentoonstellingsbeleid waarin ook industriële vormgeving, fotografie en grafische vormgeving aan bod kwamen.

De Zwitserse kunstenaar Jean Tinguely is geboren 22 mei 1925 in Fribourg, overleden in 30 augustus 1991 in Bern (66).

Groeide op in Bazel, Zwitserland. Een opstandig kind, dat mee wilde vechten met de Albanezen bij de verovering van de Italiaanse fascistische dictator Benito Mussolini in 1939. Tinguely was toen pas 14 jaar oud.

Na een kort uitstapje naar het communistische Rusland volgt hij een opleiding aan de kunstnijverheidsschool in Basel. In ca. 1950 vertrekt hij naar Parijs en sluit contact met de anarchisten (= erkennen geen enkel gezag).

Te zien zijn de vroege draadsculpturen en reliëfs, waarmee Tinguely de abstracte schilderijen van kunstenaars als Malevich, Miró en Klee nabootst en verandert door ze in beweging te zetten; helemaal nieuw in jaren ’50 waren de kunstvoorwerpen die konden bewegen: kinetische kunst (de Méta-machines).

In het overzicht van de tentoonstelling zien we de ontwikkeling daaropvolgend van de interactieve tekenmachines (do-it-yourself) en wild dansende installaties van schroot, afval en gebruikte kledingstukken naar strakke, militaristisch aandoende zwarte sculpturen tot en met de self-destructiv machines en de grote multimediale installaties uit de jaren ’80 zijn te zien in dit retrospectief.

Rode draad is de voorliefde voor absurd spel en Tinguely’s fascinatie voor destructie en vergankelijkheid in alle schakeringen van vrolijk/licht en destructiv/donker.

Hij was conceptueel kunstenaar, een performer, een architect, een ontwerper van grote explosies, hij organiseerde exposities, was tentoonstellingsmaker, schreef en tekende fervent.

De naam Nouveaux Réalistes is bedacht door de criticus Pierre Restany voor een groep kunstenaars, die in Parijs werkzaam waren (o.m. Tinguely en De Saint Phalle). De criticus heeft een grote rol gespeeld in de aaneensluiting in 1960.

Deze kunstenaars gebruikten alledaagse producten uit de eigentijdse maatschappij (vooral afvalproducten). Het nouveau réalisme wordt vaak gezien als een Franse vorm van Pop art. Humor en zin voor esthetiek maken onderdeel uit van een groot aantal werken. Net als (andere) popkunstenaars hechtte zij weinig waarde aan uniciteit, vakmanschapen en eeuwigheidswaarde.

De beweging werd opgeheven in Milaan in 1970.

Kunstenaars die Tinguely inspireerden:

Het zwarte vierkant is volgens Kazimir Malevich ‘tegelijk alles en niets, een nieuw nul- en beginpunt in de kunst’, maar ook: ‘de absolute creatie’.

Een andere kunstenaar was Wassily Kandinsky: naar hem werd de Méta-Kandinsky uit 1956 vernoemd. Waar Kandinsky stopt, gaat Tinguely verder met beweging.

De mobiles van Alexander Calder: “Calder heeft me de echte beweging laten zien. Hij was de maker van de eerste Mobiles. Hij had de deur al geopend, hij was de pionier.”

Tinguely’s werk is een afzetten tegen de witte ruimte, tegen de steriliteit van een museum. Hij wil lelijkheid maken, machines die over machines gaan, die spektakel brengen. Ze zijn filosofisch, zelfbewegend, mensen boos makend of in problemen brengend.

Vanaf 1960 woonde en werkte hij met Niki de Saint Phalle (1930-2002) met wie hij in 1971 trouwde en later ook weer gescheiden. Het stel werd de Bonnie & Clyde van de kunst genoemd; niet alleen collega-kunstenaars maar ook geliefden. Beiden groeiden in de 2e helft van de 20e eeuw uit tot iconen van de moderne kunst. Ze maakten vele kunstwerken gezamenlijk (Strawinsky Fontein, Cyclop, HON-Cathedrale).

Op 30 augustus 1991 overlijdt Tinguely in Bern. Veel van zijn kinetische kunst volgde in een optocht de baar conform zijn laatste wens.

Zijn werk is permanent te zien in een vaste collectie: Museum Tinguely, Bazel ontworpen in een oude glasfabriek door Mario Botta.

*******

Filmpjes op YouTube:

Trailer Stedelijk Museum

Kleine bewegende objecten:

Vlog van een bezoeker

24-11-2016

Machinespektakel. Jean Tinguely

Het Stedelijk Museum Amsterdam is een museum voor moderne en hedendaagse kunst en vormgeving, opgericht in 1874. Het oorspronkelijke, bakstenen, neo-renaissancegebouw is ontworpen door stadsarchitect van Amsterdam Adriaan Willem Weissman. Bijnamen: het ‘Suasso-museum’, ‘Sandbergvleugel’ en ‘Badkuip’.

In de collectie zijn vrijwel alle belangrijke stromingen van de 20e en 21e  eeuw vertegenwoordigd. Dit geldt zowel voor kunst als vormgeving. Zwaartepunten vormen De Stijl, het Bauhaus, CoBrA, popart, maar ook het oudere neo-impressionisme.

Willem Sandberg (1897– 1984) vormgever, ontwerper en typograaf was van 1945 tot 1963 directeur van het Stedelijk Museum Amsterdam (hier werkzaam vanaf 1938).

Onder zijn leiding ontwikkelde het Stedelijk zich tot een internationaal vermaard centrum voor moderne kunst. Hij voerde - net als het Museum of Modern Art in New York - een verzamel- en tentoonstellingsbeleid waarin ook industriële vormgeving, fotografie en grafische vormgeving aan bod kwamen.

De Zwitserse kunstenaar Jean Tinguely is geboren 22 mei 1925 in Fribourg, overleden in 30 augustus 1991 in Bern (66).

Groeide op in Bazel, Zwitserland. Een opstandig kind, dat mee wilde vechten met de Albanezen bij de verovering van de Italiaanse fascistische dictator Benito Mussolini in 1939. Tinguely was toen pas 14 jaar oud.

Na een kort uitstapje naar het communistische Rusland volgt hij een opleiding aan de kunstnijverheidsschool in Basel. In ca. 1950 vertrekt hij naar Parijs en sluit contact met de anarchisten (= erkennen geen enkel gezag).

Te zien zijn de vroege draadsculpturen en reliëfs, waarmee Tinguely de abstracte schilderijen van kunstenaars als Malevich, Miró en Klee nabootst en verandert door ze in beweging te zetten; helemaal nieuw in jaren ’50 waren de kunstvoorwerpen die konden bewegen: kinetische kunst (de Méta-machines).

In het overzicht van de tentoonstelling zien we de ontwikkeling daaropvolgend van de interactieve tekenmachines (do-it-yourself) en wild dansende installaties van schroot, afval en gebruikte kledingstukken naar strakke, militaristisch aandoende zwarte sculpturen tot en met de self-destructiv machines en de grote multimediale installaties uit de jaren ’80 zijn te zien in dit retrospectief.

Rode draad is de voorliefde voor absurd spel en Tinguely’s fascinatie voor destructie en vergankelijkheid in alle schakeringen van vrolijk/licht en destructiv/donker.

Hij was conceptueel kunstenaar, een performer, een architect, een ontwerper van grote explosies, hij organiseerde exposities, was tentoonstellingsmaker, schreef en tekende fervent.

De naam Nouveaux Réalistes is bedacht door de criticus Pierre Restany voor een groep kunstenaars, die in Parijs werkzaam waren (o.m. Tinguely en De Saint Phalle). De criticus heeft een grote rol gespeeld in de aaneensluiting in 1960.

Deze kunstenaars gebruikten alledaagse producten uit de eigentijdse maatschappij (vooral afvalproducten). Het nouveau réalisme wordt vaak gezien als een Franse vorm van Pop art. Humor en zin voor esthetiek maken onderdeel uit van een groot aantal werken. Net als (andere) popkunstenaars hechtte zij weinig waarde aan uniciteit, vakmanschapen en eeuwigheidswaarde.

De beweging werd opgeheven in Milaan in 1970.

Kunstenaars die Tinguely inspireerden:

Het zwarte vierkant is volgens Kazimir Malevich ‘tegelijk alles en niets, een nieuw nul- en beginpunt in de kunst’, maar ook: ‘de absolute creatie’.

Een andere kunstenaar was Wassily Kandinsky: naar hem werd de Méta-Kandinsky uit 1956 vernoemd. Waar Kandinsky stopt, gaat Tinguely verder met beweging.

De mobiles van Alexander Calder: “Calder heeft me de echte beweging laten zien. Hij was de maker van de eerste Mobiles. Hij had de deur al geopend, hij was de pionier.”

Tinguely’s werk is een afzetten tegen de witte ruimte, tegen de steriliteit van een museum. Hij wil lelijkheid maken, machines die over machines gaan, die spektakel brengen. Ze zijn filosofisch, zelfbewegend, mensen boos makend of in problemen brengend.

Vanaf 1960 woonde en werkte hij met Niki de Saint Phalle (1930-2002) met wie hij in 1971 trouwde en later ook weer gescheiden. Het stel werd de Bonnie & Clyde van de kunst genoemd; niet alleen collega-kunstenaars maar ook geliefden. Beiden groeiden in de 2e helft van de 20e eeuw uit tot iconen van de moderne kunst. Ze maakten vele kunstwerken gezamenlijk (Strawinsky Fontein, Cyclop, HON-Cathedrale).

Op 30 augustus 1991 overlijdt Tinguely in Bern. Veel van zijn kinetische kunst volgde in een optocht de baar conform zijn laatste wens.

Zijn werk is permanent te zien in een vaste collectie: Museum Tinguely, Bazel ontworpen in een oude glasfabriek door Mario Botta.

*******

Filmpjes op YouTube:

Trailer Stedelijk Museum

Kleine bewegende objecten:

Vlog van een bezoeker

24-11-2016